| fr | nl |
|---|
| J . Geeroms pense qu' il faut se pencher sur ce problème , mais il est d' avis de le faire dans la commission n°2 .
| J. Geeroms vindt dat dit probleem onderzocht moet worden , maar wel in commissie nr. 2 .
|
| Mais il pense qu' un financement alternatif des revenus qui ne découlent pas du salaire est peut-être nécessaire .
| Maar hij vindt dat een alternatieve financiering wat betreft de inkomens die geen loon zijn misschien noodzakelijk is .
|
| J . Geeroms pense que la cotisation de solidarité est une forme de financement alternatif et qu' il serait intéressant d' examiner la manière dont elle est perçue .
| J. Geeroms vindt dat de solidariteitsbijdrage een vorm van alternatieve financiering is en dat het interessant zou zijn de manier waarop ze geïnd wordt te onderzoeken .
|
| J . Geeroms pense que , de toute façon , avant de supprimer la cotisation de solidarité , il faut trouver les moyens nécessaires à la liaison au bien-être .
| J. Geeroms vindt hoe dan ook dat , alvorens de solidariteitsbijdrage af te schaffen , de noodzakelijke middelen voor de welvaartvaste koppeling moeten worden gevonden .
|
| Il pense que c' est un allié inattendu sur lequel il faut s' appuyer .
| Hij is van mening dat we steun moeten vinden bij deze onverwachte bondgenoot .
|
| R . Blansaer dit que les pensions ne font que baisser d' année en année à cause de l' absence de liaison .
| R. Blansaer vindt dat de pensioenen jaarlijks verminderen doordat er geen koppeling is .
|
| Il pense également qu' il faut définir la proportion que la pension doit couvrir par rapport à quoi ( salaire moyen ou salaire final ) .
| Hij vindt eveneens dat de verhouding die het pensioen moet dekken ten opzichte van het loon ( gemiddeld loon of laatste loon ) bepaald moet worden .
|
| - , puis referme , un peu vite à mon goût .
J' entends les scies siffler au-dehors ; soudain , je ne trouve plus ma dernière épitaphe aussi satisfaisante ; je me promets de faire plus de sport à l' avenir , de travailler surtout la souplesse ; finalement , quand on y pense , la vie est belle !
| Ik hoor buiten de zagen fluiten ; ineens vind ik mijn laatste grafschrift niet meer zo bevredigend ; ik beloof mezelf dat ik in de toekomst meer aan sport zal doen , vooral aan mijn lenigheid werken ; het leven is toch wel mooi , als je er bij stilstaat !
|
| Qu' est -ce que tu en penses ?
| ' Wat vind je ?
|
| Ils ont préparé leur affaire , en ont parlé ensemble auparavant - Qu' est -ce que tu en penses , chéri( e ) ?
- ; ou bien ils se lancent dans une improvisation , un coup de volant et les voilà soudain devant l' hôtel - on est des jeunes fous !
| Ze hebben het goed voorbereid , van tevoren samen overlegd : Wat vind jij , schat ? ; of het gaat impulsief , een ruk aan het stuur en daar staan ze ineens voor het hotel - kom op ) we doen een keer jong en gek !
|
